Bureau Nieuwe Cultuur
Zomerregen van Marguerite Duras

ZOMEREGEN
Het toneel van deze roman is Vitry-sur-Seine, een groeigemeente aan de rand van Parijs.
Aan de ene kant van de oude straatweg ligt de oorspronkelijke kern, aan de andere kant rijzen de torenflats op van een fonkelnieuwe slaapstad. Daartussenin wonen Ernesto, zijn ouders, zijn broers en zussen in een vervallen huisje met een aangebouwd slaaphok waar ieder jaar een bedje wordt bijgezet. De gemeente negeert hen en Ernesto;s ouders hebben al lang afgeleerd, iets te verlangen. Kinderbijslag en werkloosheidsgeld,meer ver-bindt hen niet met de overheid. En over leerplicht voor de kinderen praat niemand. Totdat Ernesto onverhoeds blijkt te kunnen lezen. Het natuurtalent gaat naar school. Tien dagen gaat het goed. dan weigert Ernesto verdere lessen, want 'op school leer je alleen dingen die je niet weet'. Die uitspraak maakt indruk -bij zijn onderwijzer, maar weldra ook bij het ministerie en de pers. Wat moet er van Ernesto worden?

Zomerregen kan gezien worden als een parabel of een sprookje. In ieder geval is het een uiterst poëtische roman, waarin alle kracht van Duras' schrijverschap is samengebald.

Marguerite Duras

Boek Prediker en Duras
In kerk en theologie is Prediker lang verwaarloosd. Prediker -Luther noemt hem leraar- leefde in de 3e eeuw voor Christus. Wat zijn opvallende zaken bij het boek Prediker:
-dat het bestaat uit maar 11 bladzijden en daarbij 15 uitdrukkingen  kent, die wij nog altijd kennen en gebruiken
-dat er wordt gesproken in de Ik-vorm
-dat God niet is de God uit Egypte, maar
-dat God mysterieus is, een bijna iets, maar onherkenbaar
-dat Hij herkenbaar is in een globaliserende wereld, bijvoorbeeld in de songtekst van de Birds:Turn, turn, turn.
-dat Hij speurbaar is in boeken als Zomerregen(Duras)s,de Avonden(Reve) en Doodshoofdvlinder(Wolkers)
Lang ging alle aandacht in de theologie uit naar “Heilsgeschichte”.  Maar de Bijbel is geen geschiedenisboek, geen historisch boek, maar een spiritueel boek, een boek om wijzer van te worden, om wijsheid op te doen.
Al lezende moeten we ons altijd afvragen: wat staat er, wat betekent dit voor het hier en nu. In de jaren 60 hadden we de theologie van de Hoop. Alle aandacht ging naar òf verleden, òf toekomst. Het heden kwam daarbij/daardoor in verdrukking.

Theatrale uitwerking

Duras verinnerlijkt het frontgevecht. De voorstelling moet deze meer naar buiten brengen. Ernesto strijdt hierbij op het nivo van de kennis, Jeanne op dat van de hartstocht, de "brot­hers and sisters" op het niveau van de onschuld.
Duras manipuleert de tijd door middel van taal en ontregelt de ervaring van tijd continu. In de voorstelling wordt eerder gezocht naar een verhouding tot tijd, waardoor het weer een onderdeel kan worden van het frontgevecht.
De struktuur en de volgorde van de scenes zoekt naar een emotionele conti­nuiteit; de emoties zetten zich voort of worden getransfor­meerd.
De voorstelling ontwikkelt zich als een puzzel waarvan de stuk­jes zich uiteindelijk aan elkaar laten leggen.
De speelstijl moet ervoor zorgen dat het frontgevecht tussen kindzijn en volwassenworden gaat plaats vinden tussen publiek en voorstelling.
In een vertellende speelstijl zijn de spelers zowel personage als vertel­ler. Dit spelen/vertellen gebeurt vanuit een zekere speelsheid en licht­heid, maar met een toenemende verontrus­tende werking. Het perspektief binnen de scenes verschuift zo tussen verteller en personage, tussen kind en volwas­sene, tussen geborgenheid en ontheemding, tussen buitenstaander en betrokkene.
De uiteindelijke tekst ontwikkelt zich al werkend. Het script "Het boek, de boom en het kind" vormt er de aanleiding toe

Dramaturgie

De confrontatie tussen deze werelden vindt ook bij de volwas­senen plaats; hier vecht het kind dat ze waren, en de volwas­sene die ze zijn geworden een frontgevecht uit. De ouders van Ernesto lijken meer te leven in de wereld van de kinderen;zij uiten zich eerder direct gevoelsmatig dan beredeneerd intel­lektueel. Dat maakt dat zij geconfronteerd worden met hun angst voor en verlangen naar een eigen identiteit.
Verloren staan ze geborgen in de wereld van de kinderen.

Ernesto's zus, Jeanne, vormt met Ernesto een eenheid, al is hun eenwording onmogelijk. Jeanne schenkt Ernesto het bewustzijn van hartstocht en hij haar dat van inzicht. De hartstocht wordt de onvermijdelijke voorbode van het volwassenworden, hun liefde een absolute en onvermijdelij­ke gebeurte­nis. Voor Ernesto leidt deze tot afscheid, voor Jeanne tot het verlangen te sterven. Hun fusie veroorzaakt een splij­ting.

De "brothers en sisters" staan voor de vermogens van de kinder­tijd: het vermogen om te resoneren, anderen aan te voelen, onderdeel te zijn van die andere, je te verbinden.
Ze tasten af wat ze niet kennen. Vanuit een sterk zintuiglijke nieuws­gierigheid wordt de wereld onderzocht en gekend. Ze weten zonder kennis van zaken; ze voelen aan.
Zo staat de kindertijd niet alleen voor "onschuld", maar gaat er ook een dreigende werking vanuit; Met hun vermogens doorzien ze de werkelijkheid meer dan de ouders denken.

De buitenwereld wordt alleen op de achtergrond gesuggereerd; door de onderwijzer, de journalist en de stad.
In het frontge­vecht tussen het kind en de volwassene staat de onderwijzer symbool voor de kennis, de journalist voor het maatschappelij­ke en eigen­tijdse en de stad voor de nietsontziende vooruitgang en exploitatie.

Zo wordt het verhaal een verhaal over ont­heemding; een buitenlandse familie wordt verdreven, zoals het kind uit zijn "bergplaats" van zijn jeugd.
Deze familie wordt een metafoor van de kinderwereld; de eigen wereld tegenover de oprukkende buitenwereld.

 

   
EEN BOEK, DE BOOM en HET KIND

"kinderen zijn de grootste realisten die we hebben."

De wereld van het kind is geen andere wereld dan die van de volwassene en in zekere zin is de wereld van de volwassene geen andere dan die van kinderen.
Kinderen voeren constant een frontgevecht met die "eigen" wereld van de volwassene. Het inzicht waarmee kinderen deze wereld doorzien is verrassend groot. De wijze waarop ze steeds opnieuw een ingang zoeken om zichzelf en de volwassene met die wereld te confronteren speelt zich af tussen twee polen; speels, intelligent, creatief versus bang, woedend, machteloos naargelang de volwassene bereid is op de voorwaarden van het kind het frontgevecht aan te gaan. Vol vragen boort het kind zich zo een weg naar de zin van het leven.

Verhalen rond de jongen Ernesto. gebaseerd op de roman "Zo­merregen" van Marguerita Duras. De spil van het verhaal is de confrontatie tussen het zintuiglijk ervaren en rationeel pogen te verklaren van de wereld. Ernesto zit vol woede over hoe de vol­wassenwereld om hem heen functio­neert. Hij besluit niet meer naar school te gaan omdat hij op school "moet leren wat hij niet begrijpt". Hij probeert deze wereld te doorgronden en dringt zo de wereld van de kennis binnen. Er groeit een scheiding tussen (kind) zijn en (volwas­sen) worden.


Andere samenwerking met Theater op Drift/'t Zwerk

1994-Peru
1995-PROEVE STORM
1996-Brazil
2000-Marrakesh
2001-Vlieg en Vlinder
2003-Bod Pa