MUZIEKATELIER |
Onderzoek
|
|
||
Het jongste spoor is dat van de flamenco gitaar. Het leidt eerst naar de zeventiende eeuw. Uit de samenkomst van de latijnse gitaar (voortzetting van de kithara latina) en de moorse gitaar (voortzetting van de khitara asyria). Tussen Bagdad en Andalusië is het vijfsnarig instrument ontstaan. Meer dan twee eeuwen later, pas in de zeventiende eeuw, ontstaat de spaanse gitaar als er de zesde snaar aan wordt toegevoegd. Dit muzikale spoor is meteen een directe verwijzing naar de periode van voor de Reconquista van de 15e eeuw, en de Limpieza de Sangre (de bloedzuivering) met zijn verdrijving van de islamieten, de Joodse pogroms, de etnische zuivering van die tijd. | het instrument |
|
Het spoor van de stem met zijn ornamentale versieringen en zijn oosterse structuur elementen leidt naar de periode voor de moorse overheersing, die van het Spaans Romeinse Rijk , met een aan de Byzantijnse liturgie verwante Spaanse rite, of Mozarabische (=gearabiseerde) liturgie. |
de zang - tweede spoor |
|
Het spoor van de dans tenslotte leidt nog verder terug naar India.
Zij is een directe voortzetting is van de oude religieuze hindu-dansen.
Zij is al op het Iberische schiereiland tijdens de phoenische of griekse heerschappij (1000-500 v Chr).
Op deze reis moet de perzische cultuur, de oudgriekse, oud-egyptische en andere culturen zijn doorgetrokken . In Andalusië heeft het zich in de flamenco tot een krachtige en overweldigende dans ontwikkeld,
met Moorse terughoudendheid in het voetenwerk van vrouwen.
directer emotioneel voor een niet-ingewijd publiek. Het zijn steeds de zigeuners, de gitano's die de traditie voortzetten. Zij zijn de katalysator in het samenbrengen van de drie sporen. |
de dans |