IN GESPREK - Methodiek huiselijk geweld bespreekbaar maken in allochtone kring

2

IG-Logo-thumb

VISIE
     
 

Onmisbare schakel voor preventie

Geweld in huiselijke kring is een gevoelig thema. Het is een probleem waar je niet aan mag komen, waar je niet over praat. Het is taboe. Je praat er niet over. Punt uit. Dat is al heel lang zo.
Taboes zijn negatief. Tradities en gewoonten niet. Een taboe berust op vaste, niet altijd hardop uitgesproken standpunten, die niet ter discussie staan en door de maatschappij worden gebillijkt. Een taboe ligt ingebed in een heel machtssysteem, met intimidaties en angsten, dat ervoor zorgen dat het betreffende taboe in stand blijft. Je kunt niet of nauwelijks door het stilzwijgen heenbreken Erover praten, naar het waarom vragen, het bespreekbaar maken, wordt niet met open armen ontvangen.  
Gevolg is dat er geen woorden voor zijn, geen taal om het te bespreken. Maar ook is niets zo uitdagend als een taboe. Niemand weet precies wat het is en iedereen beleeft het op een andere manier. Een taboe voor jou hoeft nog geen taboe voor de ander te zijn. Als er geen vertrouwensbasis is om het bespreekbaar te maken, kan een taboe zelfs worden versterkt. Men sluit zich als een oester en werpt een wal aan tegenargumenten op om zich tegen een te verwachten ‘aanval’ te beschermen.

Poortwachters van het taboe

Het taboe wordt bewaakt door zelfaangestelde 'poortwachters van de traditie'. Bij het taboe op huiselijk geweld moet je niet alleen denken aan mannen, daders, familie of imams. Ook vrouwen spelen een belangrijke rol bij het doorgeven en voortbestaan van het taboe. Denk aan de buurvrouw, de schoonzus en, vooral, de schoonmoeder. Verrassend misschien is ook de rol van de intermediaire tussenlaag: hulpverleners, maatschappelijke werkers, coördinatoren en docenten.
Soms zijn ze te beschermend, soms zien ze het niet als hun taak het taboe op huiselijk geweld te doorbreken. Wellicht zijn ze onbewust bang erop aangevallen te worden. Veel hulpverleners zijn eerder behoudend dan bevrijdend. Misschien is het wel een kenmerk van het taboe dat intermediairs de neiging hebben er voor te gaan liggen of afte houden. In het proces van bespreekbaar maken van huiselijk geweld moeten daarom juist de intermediairs en eigen medewerkers worden begeleid en ondersteund met training en intervisie

Bewust worden van eigen kracht

Aan huiselijk geweld zijn verschillende emotionele mechanismen verbonden. Het gaat niet alleen om slaan en pijn, maar juist ook om de beleving daarvan. Angst voor gewelddadige sancties zorgt er voor dat het taboe op praten over huiselijk geweld niet doorbroken wordt. Dat taboe is vaak zozeer verinnerlijkt dat het de vorm van een (onbewuste) depressie aanneemt of, omgekeerd, leidt tot vergoelijking of rechtvaardiging van het geweld. Vaak wordt de angst van het slachtoffer gevoed door intimidatie.

 

 

 

 

 




Fysieke en geestelijke intimidatie houdt vrouwen klein. In de intimidatie die van het geweld uitgaat, liggen angst, schaamte, een gevoel van minderwaardigheid en wantrouwen besloten. Het doet vaak elk gevoel van eigenwaarde verliezen. Gevolg: een negatief zelfbeeld en zich minderwaardig voelen. Door het geschonden vertrouwen kunnen vrouwen een diep wantrouwen gaan koesteren, gekoppeld aan een diep gevoelde schaamte en minderwaardigheid. Schaamte tegenover haar familie, haar kinderen en de eigen gemeenschap, maar ook ten opzichte van haar omgeving en de maatschappij. Met als gevolg: schuldgevoel en zelfverwijt. Slachtoffers van huiselijk geweld moeten in staat worden gesteld zich via empowerment bewust te worden van hun eigen kracht en hun weerbaarheid te vergroten. Zij moeten handvatten krijgen om iets te kunnen doen aan hun situatie. Er moet ruimte zijn voor gevoelens. Contact met lotgenoten kan emotioneel bevrijdend werken. Een begeleider of trainer kan in een later stadium van betekenis zijn door het onderkennen van de gevoelens te verbinden met inzicht in de problematiek en aan realistische handelingsmogelijkheden, zoals het vragen van steun, advies of hulp.

Voorkomen is beter

Activiteiten gericht op het bespreekbaar maken van huiselijk vormen altijd een bijdrage aan preventie. Maar de manier waarop bepaalt of ze ook daadwerkelijk tot preventie leiden. Uiteindelijk moet preventie zich richten op de oorzaken van het probleem. Dat kan echter alleen in een langdurend, voortschrijdend proces dat zich in elke nieuwe etappe naar een diepere laag van het probleem beweegt.
In voorlichting zal het taboe doorbroken worden. Vervolgens gaat het erom slachtoffers (waaronder ook de daders) op te vangen en bij te staan, naar hen te luisteren en een hart onder de riem te steken. Het gaat immers ook om het doorbreken van hun sociaal isolement, een van de gevolgen van het taboe. Met praten en doen individuele problemen van vrouwen gemeenschappelijk maken. Parallel hieraan mannen aanspreken en verschillende partijen bij elkaar te brengen in een dialoog om samen te kijken naar de situatie en te bespreken of en hoe ze die willen veranderen. Hoe heeft het zich ontwikkeld, wat is goed en wat schadelijk aan tradities ? Kan het anders, wat kan anders, hoe kan het anders? Een cruciale stap is dat een stellingname tegen het gebruik van geweld, een openlijke afkeuring. Pas dan ontstaat ruimte voor volgende stappen, gericht op de oorzaken van onveiligheid en geweld. De achterliggende redenen van de onveiligheid kunnen liggen in spanningen in de man-vrouw verhouding en die tussen generaties, met name onder invloed van de migratie. Ook inburgering en het politieke klimaat kunnen invloed hebben. Op een dieper niveau stellen we vernieuwing van culturele tradities aan de orde, acceptatie en aanpassing aan de nieuwe omstandigheden na de migratie en verbetering van sociaaleconomische omstandigheden. Het gaat om het creëren van een klimaat waarin het voor iedereen een vanzelfsprekende plicht is om huiselijk geweld aan de kaak te stellen, waarin een nieuwe stijl van leven kan beginnen, in een sfeer van gemeenschap, in een veilig huis.

 

 
     

2

VISIE

 


©AtillaGanbir